Het Rijksmuseum is haast verlaten. Bij iedere glijvlucht die de Shylights dansen zonder ooit de grond te raken, snort zachtjes het mechaniek. Ze tonen zich voorzichtig aan de toeschouwer om zich vervolgens verlegen terug te trekken. Soms zoeken ze steun bij elkaar maar vaak gaat ook een zwevend licht alleen op verkenning in de diepte tussen de leuningen van het trappenhuis.
Het is alsof ze mij willen ontdekken. Speels en voorzichtig komen ze uit hun beschermende cocon van staal om met hun zachtjes openende zijden vleugels te komen snuffelen aan mij. Nee, snel terug in het hol! En dan weer gestaag naar beneden, want de voorverkenning is al gedaan. Zich ontvouwend als een witte vlinder in metamorfose, als mijn totem.
Dit stukje werd weekwinnaar op het schrijversplatform 120 woorden in week 52 van 2016.