Het is druilerig en grauw als ik deze keer besluit met de auto op expeditie te gaan. Elektrisch, dat dan weer wel. Op een guur en winderig parkeerterrein op het Bezaanjachtplein stap ik uit. Hier moet het ergens zijn maar is geen rode O, noch een B of A te bekennen. Alleen een enorme roltrap omhoog die eigenlijk geen trap is. Een soort stairway to heaven 2.0.
Eenmaal boven aan het traag rollend roestvrijstalen porteertoestel betreed ik winkelcentrum De Banne. Ik moet denken aan George Orwell’s 1984, overal hangen camera’s. Een vorsende man houdt me nauwlettend in de gaten vanuit een scootmobiel. Big Brother? Watching me? De mensen om me heen spreken een taal die ik niet snap. Newspeak?
Na even doorstappen begin ik me thuis te voelen en waan ik me zelfs bijkans in het paradijs. Zal ik voor één keertje spijbelen van deze expeditie? Ik loop recht in de armen van mijn grootste verleiding; een tropische groentewinkel annex superSUPERmarkt. Knobbelige kweeperen lonken naar me, okra, cassave, wel twintig soorten pepers, verse Thaise basilicum, mini aubergines en … appeltjes van oranje…
O ja. Daar kom ik voor. Een zaal vol kinderen wacht op me in de bibliotheek. Dag Banne Groente & fruit, tot straks hoop ik…
Naast het winkelcentrum ligt de moderne bibliotheek. Mooi. Overzichtelijk. Goed gesorteerd. Achterin, naast een dichtgetrokken gordijn staat een medewerkster glimlachend de ruimte achter het gordijn te begluren. Een twaalftal kinderen zit klaar aan een grote tafel met een enorm ingepakt cadeau als centerpiece. Op iedere werkplek liggen papier, een pen en een chocolademunt. Kinderboekenschrijvers Ceciel de Bie en Reinoud Leenen geven vandaag een workshop sinterklaasgedichten schrijven en surprises maken. Want een dag zonder verfstreken is als een dag zonder zonnestralen, citeren ze de grote onbekende schilder O Wie Wei.
We beginnen met een gedicht. Ceciel leest voor. De kinderen hebben het gedicht ook voor zich. Daarna maken ze hun eigen gedicht. Ze mogen het voorbeeld als basis gebruiken en er zelf op aanvullen. Sommige kinderen beginnen direct te pennen. Een enkele tong hangt uit een mond. Een jongetje steekt z’n vinger op.
‘Meneer, meneer, hoe moet het ook al weer?’ ‘Nou zo dus zegt Reinoud, en nu nog maar een keer.’
‘Zie je, dat rijmt dus.’ Het jongetje moet lachen. Het meisje naast me is druk aan het schrijven, heel klein en heel netjes. Alleen de linkerhoek van het gekleurde papier wordt gebruikt. Al snel is ze klaar. Ik vraag of ik het mag lezen. Verlegen schuift ze het blaadje naar me toe. Ik lees de eerste drie coupletten van het voorbeeldgedicht en dan haar eigen slotzin: ‘gelukkig ben je lief geweest.’ Klaar. Ze is er trots op. Om ons heen worden de mooiste gedichten voorgelezen. Na het uitpakken van het centerpiece dat een schat aan stiften, scharen en andere materiaal blijkt te bevatten, barst het plakken en knippen los. Torens van dozen stapelen zich op tot een robot, pizza’s worden van karton en viltstift gebakken en een bokshandschoen krijgt vorm. Ik vraag mijn buurmeisje wat zij wil maken. Ze wil het cadeautje inpakken en er sprieten opplakken. ‘Aan de slag, dus’ moedig ik aan. Een van de cadeautjes is een schrijfblok met een luiaard erop. Als zij inpakt teken ik de contouren van een luiaard op een gekleurd vel en vraag aan haar of de jongen die ze getrokken heeft toevallig een beetje lui is? Dan zouden we het ingepakte cadeau kunnen versieren met de duttende luiaard.
Ja! Zegt ze enthousiast. Ze begint de luiaard in te kleuren en ik teken er nog een in spiegelbeeld. Als we het geheel samenvoegen, een plat cadeau liggend met daartegenaan een rechtopstaand cadeau waarop de luiaard van twee kanten zichtbaar zijn dut doet.
‘Maar hij is eigenlijk helemaal niet lui…’ Verschrikt kijk ik haar aan. ‘Maar hij is wel padvinder en houdt van de jungle…’ We vinden de oplossing in een opgerold gedicht met een zachte groene pijpenrager eromheen gewikkeld. Het verdikte uiteinde klimt omhoog. De cobra die de luiaard bedreigt. Trots laat ze het jungletafereel aan Reinoud en Marie zien. Zonnestralen breken door.
Ik piep er nèt voor vijven tussenuit om nog even in de jungle van fruit en groente bij de buren mijn slag te slaan. Het was een fijne dag.