De Bijlmer. Drooggelegd in 1751 door dijkgraaf Daniël Hooft, vijftig jaar geleden herschapen tot utopisch woonoord en kort daarna gestrand als betonnen jungle met achter ieder flatgebouw een loerend roofdier onder invloed van heroïne… Niet alles is maakbaar. Of wel? Moeten we gewoon geduld hebben? Want het heden ziet er veelkleurig uit en gonst van vitaliteit. Via Diemerbos en Strandvlietpad fiets ik rond lunchtijd met een hete wind in de rug langs groene oevers begroeid met fluitekruid en wuivend riet naar het Bijlmerplein. Het ruikt naar zomerhitte, naar droog gras en kokosolie uit zwart kroezend haar of van een wit, met zonnebrand ingesmeerd, kinderlijf.
Omdat de bibliotheek op maandag pas om twee uur opengaat heb ik tijd om rond te kijken en te vragen waar de bibliotheek precies is, want aan herkenbaarheid ontbreekt het. Langs straten in geometrisch patroon flaneren keurige zwarte heren, hun hoedjes trotseren de wind. Jongens slungelen met swag en laaghangend kruis en een aantal vrouwen neemt stijl iets minder nauw, maar nauw wel heel letterlijk. Indrukwekkende billen worden losgeschud in strakke jurkjes en leggings, uitbundig versierd met glitters. Een enkele dame draagt een gedrapeerde hoofdtooi in een felgekleurde Vlisco ‘wax Hollandais’, geen oude traditionele vrouw, maar een stijlvolle schoonheid in een strakgesneden jurk. Het woord ‘fier’ past haar als een maatpak.
Enkele minuten na tweeën wandel ik het voormalige belastingdienstgebouw binnen waar sinds ruim een jaar de bibliotheek en Imagine IC, kenniscentrum voor materieel en immaterieel erfgoed, samenwonen. Heb ik me vergist in de openingstijd? De bibliotheek is al behoorlijk gevuld. Waar komen die mensen zo snel vandaan? Drie krantenlezers zitten al in de hoge en lichte ontvangsthal aan de leestafel en in een half afgesloten groene ‘workspace’ is een dame verdiept in haar computer. Een kamerbrede houten trap die naar een raampartij aan de hoger gelegen Bijlmerdreef leidt, ligt aan de linkerzijde bezaaid met kleurrijke kussens waarop een paar middelbarescholieren hun plek hebben gevonden. Terwijl zij chillen draait de draaideur door. De jeugdafdeling vult zich, de knuffels op stoelen en banken krijgen gezelschap van kinderen met een boek. Een studieruimte boven zit al vol met computercursisten van het Leef en Leerpunt en her en der wordt gestudeerd, gekaart en gelezen.
Het gebouw en de inrichting zijn prachtig; geen witte stellingkasten maar houten boekenkasten tot aan het plafond, veel glas en kleur en overal zitjes en werkplekken op mooie tapijten. Als thuis, maar dan mooier. En groter.
Boven de brede trap pronkt een traditionele Ghanese Fanti-kano uit het Tropenmuseum. Hij is onderdeel van de tentoonstelling ‘Ghana Thuis’, een project van Imagine IC. De kano is uitgekozen door Stephanie Quaye; psycholoog, coach voor minderjarige vluchtelingen en oprichtster van lifestyle brand Naa Duku dat headwraps, of hoofdtooien, maakt voor zelfbewuste vrouwen. Met deze kano ‘in huis’ is Amsterdam voor haar meer thuis, zegt ze. En met deze bibliotheek in de stad is Amsterdam voor velen meer thuis. Een plek waar iedereen welkom is om te lezen, te leren, te verwonderen en te ontmoeten.
Deze zomer willen de bibliotheek en Imagine IC proosten op de Bijlmer met al hun bezoekers én met Daniël Hooft, de dijkgraaf die het Bijlmermeer drooglegde. Daniëls kelkglas staat tentoongesteld en bezoekers worden uitgenodigd hun eigen Bijlmer glas toe te voegen ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan van de woonwijk. ‘Proosten met Daniël’, heet het evenement. Op het glas van Daniel staat boven het wapen ”t Welvaaren van de Bylmermeer’ gegraveerd. En zo is het maar net.
Dit is zevende column, in een serie van 27.
Voor Paperback Radio van Amsterdam FM bezoek ik wekelijks een vestiging van de Openbare Bibliotheek Amsterdam. Dat zijn er 26 in totaal, exclusief de oude Centrale Bibliotheek op de Prinsengracht die ik als eerste aandeed. Als ik alle bibliotheken gezien heb, bestaat de OBA op de kop af honderd jaar. Deze column is voorgelezen op 10 juli 2018. Gast is modeournalist Bregje Lampe. We spreken met haar over de opkomst van de Afrikaanse mode, Congolese sapeurs en de ‘wax Hollandais’ van Vlisco.